Uw kind aanmelden? Talentenschool
 

LEESONDERWIJS de Blinker, speciale school voor basisonderwijs


Op de Blinker wordt veel aandacht besteed aan het leesonderwijs, omdat goed kunnen lezen en spellen belangrijk is om te kunnen functioneren in onze hedendaagse maatschappij. De leesontwikkeling verloopt bij de leerlingen in het speciaal basisonderwijs vrijwel hetzelfde als bij de leerlingen in het reguliere onderwijs, maar het vraagt meestal meer inspanning van de leerling. Daarmede heeft de leerling vaak meer tijd nodig. 

De Blinker hanteert het Protocol Leesproblemen en Dyslexie voor het SBO om de lees- en spellingontwikkeling van de leerlingen goed en doelgericht te volgen, effectief te bevorderen en lees- en spellingsproblemen te herkennen en effectief aan te pakken. Om leesproblemen bij risicoleerlingen in groep 2 t/m 4 (5) effectief te kunnen voorkomen maakt de Blinker gebruik van het computergestuurde interventieprogramma Bouw!. Deze preventieve benadering stelt de Blinker in staat vroegtijdig proactief te handelen in plaats van wachten op het ontwikkelen van leesproblemen en achteraf remediëren. 

Visie
De Blinker is een leer-/leefomgeving waarin lezen betekenisvol ervaren kan worden. De leerling doorloopt een ononderbroken leesontwikkeling, waarbij leerkrachten en onderwijsondersteuners de leerling benaderen als een lezer met specifieke kwaliteiten en onderwijsbehoeften, zodat hij of zij het hoogst haalbare kan bereiken. 
 
Missie
Het bereiken van optimale leesfunctionaliteit en zelfredzaamheid van de leerling als lezer, binnen en buiten 
de school, nu en in de toekomst, waarbij de leerling met eventuele leesproblemen deze accepteert en zich als lezer competent voelt. De leerling, ouders(s), verzorger(s) en school zijn samen verantwoordelijk en eigenaar van de leesontwikkeling. 

AANPAK LEESONDERWIJS
 
Voorbereidende activiteiten in de kleuterjaren
In de groepen 1 en 2  worden al intensief leer-, taal- en onderwijsactiviteiten verricht ten behoeve van de ontwikkeling van beginnende geletterdheid. Op een speelse manier maken kinderen kennis met de geschreven taal en ontdekken ze dat je hiermee elkaar iets kunt vertellen. Ze ontdekken hoe belangrijk deze is en worden voorbereid op het werkelijke lezen en spellen. Dit gebeurt door:
•    Boekoriëntatie en verhaalbegrip: voorlezen en praten bij en over boeken/verhalen. De kinderen raken vertrouwd met boeken en boekentaal, leren hoe met een boek om te gaan (bladzijdes omslaan, van links naar rechts lezen etc.) en waarom er boeken zijn. Ze leren dat er een opbouw in een verhaal zit en verhalen te begrijpen. Op de Blinker worden kinderen voldoende in de gelegenheid gesteld om 
het verhaal na te vertellen of na te spelen in een daarvoor ingerichte betekenisvolle hoek in de klas, die steeds weer wordt aangepast aan het thema.
•    Het leren van de functie van geschreven taal en de relatie tussen letters en klanken: de kinderen leren dat met tekst op papier/computer communicatie mogelijk is met mensen die ergens anders zijn. De letters zijn ook al in de klas opgehangen aan de muur, zodat kinderen ernaar kunnen kijken en er regelmatig al naar verwezen kan worden. De kinderen gaan ook zelf bijv. letters stempelen en hangen ook samen met de leerkracht woordkaartjes op bij verschillende voorwerpen in de klas. Ook schrijven de kinderen al hun eerste 'woordjes', zoals hun eigen naam.
•    Taalbewustzijn: luisterspellen (auditieve oefeningen) met klanken en woorden. Bijv. woorden in stukjes hakken en plakken, rijmen etc. De kinderen leren dat er korte en lange woorden zijn etc.

Brede taalactiviteiten onder andere vanuit de methode Piramide en digitale thematische projecten van Kleuteruniversiteit ondersteunen de ontwikkeling van beginnende geletterdheid. Kinderen waarbij deze ontwikkeling problemen oplevert, krijgen extra oefening, welke ook wel voorschotbenadering wordt genoemd.

Aanvankelijk leesonderwijs vanaf groep 3
In groep 3 gaan de kinderen daadwerkelijk leren lezen en schrijven. Volgens de methode Lijn 3 worden alle letters aangeboden en leren de kinderen woorden en eenvoudige zinnen/verhaaltjes lezen. De leesdoelen voor beginnende geletterdheid worden in groep 3 verder uitgebouwd. De oefeningen voor auditieve vaardigheden gaan nu zoveel mogelijk samen met (functioneel) lezen en schrijven. In deze fase van het technisch lezen en schrijven wordt gestart met gemakkelijke letters en klanken (klankzuivere woorden) en korte woorden. Later in groep 3 komen moeilijke klanken en letters aan bod (tweeklanken en niet klankzuivere woorden). Vanuit het spellend lezen (hakken en plakken) komen de kinderen tot automatisering en leren uiteindelijk woorden direct te herkennen. 

Om de geoefende letters (klank-tekenkoppeling) en woorden te automatiseren wordt er gebruik gemaakt van hulpmiddelen zoals een: hardcover leesboek en werkboek waarbij ieder kind op zijn of haar eigen niveau kan lezen, rijtjesboekje, magnetische letterdoos, woorddoeboek (en stickers) en woordenmaker. Door de leuke teksten, de vele filmpjes en de aantrekkelijke materialen zorgt de methode Lijn 3 voor een feest in de klas! 

In groep 3 worden veel leesmeters gemaakt, want goed lezen leer je vooral door veel te lezen! Naast technisch lezen wordt er ook aandacht besteedt aan het begrijpen van wat er staat: begrijpend luisteren en lezen. Er wordt veel gedaan om de leesmotivatie (het plezier in lezen), ook als het wat moeilijker gaat, hoog te houden. Er zijn 4 signalerings-/toetsmomenten, zodat de leerkracht de leesontwikkeling goed kan volgen en waar nodig het leesonderwijs kan aanpassen om aan de onderwijsbehoeften van het individuele kind tegemoet te komen, bijv. door de inzet van het Connect-programma. Dit programma is een aanvullend interveniërend programma (voor probleemlezers) en bestaat uit 3 delen: klanken en letters, woordherkenning en vloeiend lezen. 

Gevorderd leesonderwijs vanaf groep 4
Nu leren de kinderen steeds sneller woorden te herkennen en wordt de aandacht steeds meer gericht op het begrijpen van teksten. Op de Blinker gebruiken wij voor begrijpend lezen de methode Nieuwsbegrip en Goed Gelezen. Met behulp van leesstrategieёn leren de kinderen teksten te begrijpen en er informatie uit te halen. Bij het technisch lezen komen steeds moeilijkere woordsoorten aan bod en worden de spellingsregels uitgebreid. Lezen en schrijven worden steeds meer functioneel ingezet om te communiceren met een ander.
Op de Blinker wordt het lezen specifiek aangepakt door toepassing van SLIM-lezen. 
SLIM betekent: Stimuleringsprogramma voor het (technisch) Lezen uitgaande van Instructrie en Motivatie. 
Dit programma is gekoppeld aan de methode Leeslijn/Leesweg om de motivatie van leerlingen te verhogen
(waardoor het leesplezier zal toenemen) en de prestatie op het gebied van technisch lezen te vergroten. 
Hierbij wordt gebruik gemaakt van routekaarten, waarmee ieder kind zijn eigen leesvorderingen bijhoudt en tevens zelfverantwoordelijk wordt gemaakt voor zijn eigen leesleerproces. Voor de kinderen die extra hulp nodig hebben, bestaat er een aanvullende aanpak.

Afhankelijk van wat het kind nodig heeft, kan hij/zij in aanmerking komen voor compenserende hulpmiddelen (o.a. voorleessoftware ClaroRead) en/of aanvullende interveniërende programma's zoals Connect-lezen (ter verbetering van het vloeiend lezen) en RALFI-lezen (ter verbetering van het leestempo en de automatisering).